zaterdag 1 september 2012

Neuroplasticiteit.

Of de zogenaamde plasticiteit van de hersenen. Er wordt steeds meer over geschreven en dat is maar goed ook. Eind jaren tachtig werden de menselijke hersenen immers nog steeds beschouwd als een soort biologische computer die, zoals een wetenschapper het omschreef, 'gedachten uitscheiden zoals de nieren urine uitscheiden'. 
Gelukkig beseffen inmiddels een hele hoop weldenkende wetenschappers dat de organisatie van de hersenen veel buigzamer en vloeibaarder is dan deze vergelijking met een biologische computer veronderstelt. Onze hersenen veranderen namelijk met elke waarneming en elke handeling; vandaar de term plasticiteit. 

In het afgelopen decennium heeft onderzoek naar blinden door de heer Alvaro Pascual-Leone, professor aan de universiteit van Harvard, overtuigend de aanwezigheid van neuroplasticiteit bewezen. Begin jaren negentig van de vorige eeuw toonden Pascual-Leone en zijn collega's aan de National Institutes of Health aan, dat wanneer blinde volwassenen braille leerden lezen, het gebied van de somato-sensorische (= aanraak-gevoelige) cortex, die reageerde op de input van de leesvinger, enorm in omvang toenam. Anders gezegd? De hersenen pasten zich fysiek aan aan een nieuwe manier van 'zien'. 

In 1996 deden de onderzoekers een nog veel verbijsterender ontdekking: input van de gevoelige vinger deed niet alleen de somato-sensorische cortex aan de zijkant van de hersenen oplichten, maar ook delen van de visuele cortex aan de achterkant van de hersenen. 
Zou het kunnen, zo vragen Ross Heaven en Simon Buxton zich in hun boek Duisternis Belicht af, dat bij volwassen blinden nieuwe zenuwverbindingen zich vanuit de hersenen uitstrekken om neuraal 'ontroerend goed' te bezetten dat door gebrek aan input van hun blinde ogen vacant was gebleven? 

Pascual-Leone veronderstelt dat de verbindingen vanuit deze zintuigen met de visuele cortex bij ons allemaal misschien al aanwezig zijn, maar ongebruikt blijven zolang de ogen hun werk doen.  
De conclusie is dat de hersenen misschien helemaal niet zijn opgedeeld in zintuiglijke modaliteiten, en dat het heel goed mogelijk is dat wat de wetenschap de afgelopen honderd jaar de visuele cortex heeft genoemd, niet uitsluitend betrekking heeft op de ogen. We kunnen in feite met alle zintuigen 'zien'. Dat we van de natuurvolken nog heel wat (lees: alles) kunnen leren, blijkt ook nu weer. Dit is immers precies wat alle sjamanen van alle culturen weten en waaraan zij hun visionaire gave ontlenen. Zie je, het lijkt alsof zij hun ogen sluiten wanneer zij de duisternis binnentreden. In werkelijkheid opent hun hele lichaam zich en wordt daardoor uitermate gevoelig. Wat op het eerste zicht op duisternis leek, blijkt bij nader inzien van licht vervuld en te bruisen en te sprankelen.

Colin Wilson schrijft in zijn boek Mysteries over een blind Russisch meisje dat hardop en heel nauwkeurig kan lezen uit een normaal gedrukt boek door het gewoon plat op haar buik te leggen...

Heaven en Buxton: 'Als ziende mensen al na slechts vijf dagen in de duisternis goed braille kunnen lezen, waarom zouden na langere perioden in de duisternis soortgelijke neuroplastische veranderingen en verhoogde gevoeligheid niet over het gehele lichaam mogelijk zijn?'
Ja, waarom niet? Dat verklaart meteen ook waarom bepaalde mensen in visionaire opleiding zich vaak voor langere perioden terugtrokken in grotten of in onderaardse ruimtes.